“Een zeven”, zegt Anna Zwezerijnen, na kort nadenken, met overtuiging. Het is haar antwoord op de openingsvraag bij het interview met de bestuurder van de Meander: “Welk cijfer geef je de Meander?” In een openhartig gesprek met Gestel.nu over het Gestelse gemeenschapshuis laat het bestuurslid zich uit over zaken die rondzingen als knelpunt, maar vooral over de kansen die er liggen voor het Gestelse ontmoetingscentrum.
Overkoepelend
Anna Zwezerijnen blijkt een bestuurder die enkel kiest voor een positieve benadering. Ook al blaast de tegenwind het Meanderbestuur niet zelden recht in het gezicht. Zwezerijnen toont zich realistisch: “Natuurlijk begrijp ik dat er veel aan de hand is. Dat kunnen we alleen met zijn allen aanpakken. De Meander is het ontmoetingscentrum voor heel Gestel, voor alle inwoners. Dat is een vast gegeven, daar moeten we het mee doen. Daar hebben we vrijwilligers voor nodig. Dan bedoel ik mensen die niet alleen vanuit een eigen behoefte denken, maar overkoepelend.” In het bestuur bijvoorbeeld, wil Zwezerijnen maar zeggen.
“Kom met ons praten!”
“Het is nodig dat zich nieuwe kandidaten aandienen”, vervolgt bestuurder Zwezerijnen. Zij zelf is op al vrij korte termijn de eerste wiens termijn van twee keer drie jaren ten einde loopt. “Ook de termijnen van de andere bestuursleden van het eerste uur lopen het komende jaar af”, aldus de Gestelse. Zij drukt haar wensen nog wat helderder uit. “De opdracht van de Meander is omvangrijk, een goed lopend en gewaardeerd gemeenschapshuis is een belangrijk ingrediënt van een gemeente. Mogelijk weerhoudt dat mensen om zich beschikbaar te stellen voor een bestuursfunctie.” En om nog specifieker te zijn waagt zij zich aan de stelling dat een toekomstig bestuur ‘professioneel moet kunnen handelen, met ook de eindverantwoordelijkheid over de Meander’.
‘We doen veel’
Het cijfer zeven van insider Anna Zwezerijnen, voor velen een tevredenstellende voldoende, tevens een cijfer dat uitnodigt tot verbetering. Bij monde van haar kiest het bestuur voor de laatste variant: “De Meander doet veel en doet ook veel goed, maar er zijn zaken die beslist beter kunnen.” Zo schetst zij de situatie van het maar beperkte aantal achterliggende jaren van de Meander. Jaren die voor een belangrijk deel zijn overheerst door corona. ”In feite hebben we twee jaar stilgelegen”, voert Anna Zwezerijnen als uitleg aan, “en dat leverde vertraging op om de Meander volledig tot zijn recht te laten komen.”
Corona
In de periode daarvóór, bij de start, trad het bestuur met open vizier de Meander als het nieuwe alternatief voor De Huif tegemoet, zo vindt de bestuurder. Om vooral de Meander als een attractieve accommodatie te laten zijn, als aantrekkelijke opvolger van De Huif. “De invloed van corona op het effect hier (het gesprek vindt plaats in de Meander- GN) mag je niet onderschatten.” Effecten waren er, ze vielen niet te negeren. Neem bij voorbeeld het feit dat sommige verenigingen, ook grootgebruikers in termen van de Meander, na sluiting van De Huif verhuisden naar elders.
Prijzen
Het bestuur erkent volgens Zwezerijnen dat er al vrij snel geluiden van ongenoegen waren te horen. Vanuit het publiek, vanuit de gebruikers. “Inderdaad, neem de beschikbaarheid van de grote zaal bij grote of meerdaagse evenementen. Dan stelt de fysieke aanwezigheid van de bibliotheek andere gebruikers, onder meer Oktoneel of Torenproat, voor lastige opdrachten.” Om langduriger een toneelopstelling, met de nodige decors, te behouden blijkt problematisch, dat leidt tot hoofdbrekens.
Bespreekbaar
Een andere steen des aanstoots zijn de prijzen die verenigingen betalen, zoals voor het kopje koffie dat hun leden in de Meander willen drinken. “Tja”, reageert Meanderbestuurder Zwezerijnen, “de prijzen van nu kun je niet vergelijken met die in De Huif. Dat is niet realistisch. Het uitgangspunt is altijd dat we zoeken naar een oplossing voor de wens van de gebruikers.” Een suggestie dan nog: “Veel is bespreekbaar, ook om tot maatwerk te komen met verenigingen. We mogen echter niet uit het oog verliezen dat de Meander ook verantwoording heeft af te leggen met hun maatschappelijk ondernemerschap.”
De bieb
Spraakmakend is eveneens de bibliotheek zélf. Vaker ervaren bezoekers als hinderlijk dat gemeentelijke loketten zich binnen gehoorsafstand van de stellages met boeken bevinden. Verder zijn de openingstijden een doorn in het oog van abonnementhouders. Het feit dat de bieb zaterdags de deuren gesloten houdt, vinden lezers al helemaal niet passen bij een openbare instelling. Niet dat het de oplossing zomaar uit de hoge hoed kan toveren, wél heeft zij het stellige vermoeden dat deze en ook andere knelpunten tot betere resultaten kunnen leiden. “Dat negatieve label is een kwestie van tijd. We moeten laten zien wat we wél kunnen”, klinkt het haast activistisch. “Wij zijn aan zet.”
Gemeente
Als genoemd, de gemeente is eindverantwoordelijke over het reilen en zeilen bij de Meander. “Wij hebben een opdracht uit te voeren,” stelt Zwezerijnen namens het bestuur, “de rol van gemeenschapshuizen groeit, om de gemeenschap bij elkaar te houden. Wij hebben samen een opdracht uit te voeren. Daarvoor zijn we vaak in gesprek en trekken we gezamenlijk op in projecten. De mogelijkheden van een vrijwillig bestuur, in tijd en inzet, zijn daarbij niet oneindig. We hebben elkaar hard nodig om te zorgen dat Meander zich verder kan ontwikkelen.”
Tien
“Wij willen naar de tien toe”, reflecteert deze bestuurder op het door haarzelf toegekende cijfer. “Dat is haalbaar, echter wél met hulp van mensen die zich voor de Meander, dé ontmoetingsplek voor Gestel, willen inzetten. Wie wil en kan, neem contact op met ons.”