Die tekst en geen andere hoort boven een artikel over Willemien Mommersteeg-Willekens te staan. Dat vindt een stellige Kees Mommersteeg, echtgenoot van de op 2 juni overleden 68-jarige Willemien. Dat ‘gewone wèfke’, zoals zij zichzelf noemde, mocht weliswaar geen sterallures hebben, van betekenis voor haar dorp Sint-Michielsgestel was zij zeker wel.
Te beginnen met het meest in het oog springende resultaat, de komst van hospice Parunashia -het bijna-thuis-huis- in het dorp. Met enorme inzet, zorg en gedrevenheid zorgde het standvastige, onverzettelijke tweetal, Anny van Zandbeek en Willemien, ervoor dat Gestel er een inmiddels onmisbare voorziening bij kreeg. Een belangrijke rol voor Willemien. Want het bleef niet bij het oprichten van Parunashia. De directe betrokkenheid en aandacht voor de gasten, die er hun laatste levensfase doorbrachten, bleef. Niet enkel de voorzitter van het hospice, Ton Huisman, betitelen haar als ‘moeder van het hospice’.
Van Willemien Mommersteeg valt veel te zeggen. Er zijn nogal wat begrippen op haar van toepassing. ‘Spontaan, enthousiast, sociaal, opgewekt, zorgzaam, opmerkzaam, betrokken, kritisch, volhardend, doortastend,’ met beslist enkele meer. Wat bij haar voorop stond, dat was telkens ‘de ander’.
In haar middelbareschoolleeftijd was Willemien moeilijk te vangen in een strak systeem van leren en voortdurend bij de les blijven. Prikkels van buitenaf waren vaak heel wat meer aanlokkelijk. Zo gaat de herinnering rond van kikkers, die zij in de wasbak op school stopte. Guitigheden die pasten bij haar. Leren in de vorm van eindeloos lesmateriaal bestuderen hoorde niet bij haar favoriete bezigheden. Niettemin volgde zij de opleiding Kind en Jeugdzorg, waar opeens bleek dat leren wel leuk kon zijn. Om onderbouwd beslissingen te kunnen nemen, dook zij in tal van onderwerpen. Het behalen van het beste resultaat stond voorop bij haar.
De pure belangstelling in de bekommernissen van de ander ‘vertaalde’ Willemien onder meer in het werken bij Huize Wanda, een tehuis voor volwassenen. Een plek waar zij de tegenstelling ontdekte in de omstandigheden waarin mensen ook leefden en opgroeiden, zó anders als in haar eigen veilige thuishaven. De vonk van afkeer voor onrecht zal er zijn ontbrand. Dienend zijn, dat was haar levensmotto.
Jaren later, als echtgenote van haar Kees, ontdekte Willemien via de school dat haar zoon dyslexie had. Een leerprobleem dat belemmeringen kan betekenen in de ontwikkeling. Reden voor moeder Willemien te strijden voor aanpassingen in de onderwijsaanpak. Daarin ging zij tot het hoogste orgaan, de Raad van State. Zij procedeerde voor een vergoede remedial teaching voor ieder kind. En, met succes! Specialistische bijles werd mogelijk, zowel in onderwijstijd als erbuiten.
Weer veel later trad ‘het gewone wèfke’ op de voorgrond met het protest tegen een wat een aanzienlijk deel van de Gestelse bevolking ‘een megalomaan gemeentehuis’ noemde. In het verzet tegen de bouw van het -huidige- gebouw kregen de initiatiefnemers veel volgers. Baten deed het niet, de toenmalige gemeenteraad stemde in met het nieuwe gebouw aan de Theerestraat.
Vrij recent, enkele weken voor haar overlijden, bij een wandelingetje in het dorp. Midden op de brug naar de Meander, een kort gesprekje. Over het hospice. Hoe gelukkig Willemien was met het al bijna vijfjarige bijna-thuis-huis Parunashia. Hoezeer zij uitkeek naar het uitdragen van het ‘jubileum’ ervan. Willemien maakt dat feestelijke moment niet meer mee. Zij overleed op 2 juni.
Het ‘gewone wèfke’ Willemien Mommersteeg-Willekens laat echtgenoot Kees, de kinderen Pim en Marleen, en vier kleinkinderen na.