Aan een haak hangt een blauwe kinderfiets. Willem-Jan van Buuren is opgewekt bezig met een reparatie. Hij blijkt twee dingen tegelijkertijd te kunnen. Met een ringsleutel doorgaan met zijn werk én vertellen over Rijwielzaak Coen van Buuren. Er is alle aanleiding voor, de zaak bestaat immers honderd jaar. Op 10 en 11 juni houdt Van Buuren tussen 12.00 en 18.00 uur Open Huis.
Drie generaties uit de familie Van Buuren op een rij plakten banden, verwisselden kettingen, repareerden verlichting, herstelden remmen in orde en herstelden heel veel meer aan de talloze fietsen die klanten binnenbrachten. “Het begon met mijn opa, August van Buuren”, vertelt Willem-Jan, “die naast de Zwaantjes in een vroegere smederij fietsen ging repareren. Hij is de grondlegger van onze zaak.” Een Gestelaar in hart en nieren, grootvader, lid van diverse verenigingen en de brandweer. In een tijd dat een vijftal fietsenmakers in Gestel waren gevestigd.
Fiets opvolger paard en wagen
Over de daarop volgende tijd bezit Willem-Jan niet veel informatie. ”Volgens mij was onze zaak ook nog aan de Schijndelseweg gevestigd, voordat die hier in de Spijt terecht kwam.” In opa’s tijd, de jaren twintig van vorige eeuw, gold de fiets het belangrijkste vervoermiddel. Auto’s waren een haast onbetaalbaar bezit, het waren paard en wagen die veel meer het straatbeeld van het dorp bepaalden. Opa August zocht en vond broodwinning in het repareren van fietsen, het stalen werkpaard van de gewone Gestelaar, verhaalt de huidige fietsenmaker. Dan klinkt de winkelbel. Een korte onderbreking van het gesprek.
In de jaren vijftig bouwde opvolger en zoon Coen van Buuren, Willem-Jan’s vader, in de Spijt een nieuwe zaak. De huidige locatie, met de werkplaats. “Bij mij ging het eigenlijk heel vanzelfsprekend, als jongste in het gezin”, zegt Willem-Jan, “ik leerde het vak op de Streekschool en hier van mijn vader. Ogenschijnlijk een ideale leeromgeving, want ook broer Guus stortte zich op het vak. Deze vestigde in Berlicum een eigen rijwielzaak.
Ook verzamelaar
Het blauwe fietsje moet even wachten … Willem-Jan loodst zijn bezoeker even iets verder naar achteren in de zaak. Als hij de lamp aanknipt valt in een kleine opslagruimte een rij aan verschillende typen fietsen op. Behalve fietsenmaker blijkt Willem-Jan ook verzamelaar van wat je intussen gerust historische rijwielmodellen mag noemen.
Dat de fiets sinds jaar en dag verandert valt niet te ontkennen. “De ontwikkelingen gaan echt snel”, vindt de 60-jarige fietsenmaker uit de Spijt, “en dat betekent dat wij moeten zorgen bij te blijven.” Daarmee doelt Van Buuren vooral op de enorme populariteit van de elektrische fiets. “Iedere producent heeft zijn eigen bijzonderheden. Voor ons is het logisch dat we alle fietsen en merken die wij verkopen, ook moeten kunnen onderhouden.” De winkelbel weer … Willem-Jan excuseert zich opnieuw voor even.
Geen vierde generatie
Opvolging in deze zaak krijgen Willem-Jan en Margot niet. Ook al koos Coen junior voor hetzelfde vak als de drie generaties vóór hem, hij zet zijn loopbaan voort in Den Bosch, waar hij een zaak overnam.
Zaterdag 10 en zondag 11 juni vieren Willem-Jan en zijn Margot (‘zonder haar hulp zou ik deze zaak niet kunnen runnen’, zegt Willem-Jan van Buuren) het honderdjarig bestaan van de zaak in de Spijt. Tussen 12.00 en 18.00 uur is iedereen welkom voor een bezoekje.