Ook al werkte Ine van den Brand ruim 44 jaren in diverse bibliotheken, zij pretendeert niet de ‘bibliotheekwereld’ door en door te kennen. Sinds afgelopen dinsdag is haar loopbaan als bibliothecaresse voorbij, met waardevolle jaren in de Gestelse vestiging van Huis73 als laatste werkplek. Het afscheid dat haar collega’s van Huis73 haar ‘Met een zachte G’ bezorgden beleefde Van den Brand als ‘overweldigend’. En dan al die reacties van klanten via kaartjes: “Hartverwarmend!” aldus Ine.
Het gesprek met Ine van den Brand laat zich in heel wat delen opknippen. Te beginnen met haar studie in Tilburg, waar zij in 1980 afstudeerde, met als specialisatie Jeugdbibliothecaris. “In die jaren waren de banen niet ruim gezaaid, zodoende kwam ik haast bij toeval in Apeldoorn terecht.” Voor slechts een half jaartje ging zij er aan de slag, met als 22-jarige een overstap als hoofd van de bibliotheek in Schaijk erop volgend. Beroepsmatig echter bracht Van den Brand in de Schijndelse bieb veruit de meeste jaren door.
Vuurdoop
“In de zeven jaren die ik in Schaijk als leidinggevende werkte, leerde ik veel facetten van het beroep kennen. Dat was mijn vuurdoop”, aldus de net 67-jarige bibliothecaris. Die veelzijdige taak die op haar schouders rustte, spit zij voor Gestel.nu wat verder uit. “Je kunt gerust zeggen dat ik ‘baas’ was over de collega’s, de administratie deed, de aankoop van boeken verzorgde, zelfs de schoonmaak regelde. Ik vóelde me heel verantwoordelijk, maar wás het ook.” Maar bovenal, zo benadrukt de vers gepensioneerde Ine, “dat was het contact met de klanten, dat een groot deel van mijn plezier in het werken vormde. Die wil ik zeker ook bedanken!”
Aanschaf
Op de vraag wat haar het meest bekoorde in haar werk volgt, haast zonder nadenken, de reactie: “De aanschaf van boeken! Dat vond ik geweldig.” Vreemd blijkt het spontane antwoord niet. “Ik ben zelf een lezer, ben heel erg van de boeken”, zo licht Ine toe. De keuzes die zij maakte geschiedde in het pre-digitale tijdperk nog met talloze boeken uitgestald op een tafel. “Daarbij diende je in feite goed op de hoogte te zijn van een brede collectie, gericht ook op de interesses van lezers en nieuwe uitgaves.”
Op omvallen
Terug naar Sint-Michielsgestel, voor even naar de Torenstraat, naar het gebouw van fraaie architectuur. “Qua werk was het een mooie tijd, juist vanwege alle activiteiten die wij als bibliotheek konden brengen in een gebouw dat enkel daarvoor diende. Dat had alles, het was een lekkere leesruimte, bracht een fijne rust, er waren tentoonstellingen, er was gemoedelijkheid”, klinkt het als een haast nostalgische herinnering. Toch hingen in diezelfde periode donkere wolken boven de bibliotheek. In de gemeentelijke politiek ging het er stevig aan toe: de bieb opheffen of deze koste wat kost behouden? “Het werd gelukkig het laatste”, zegt Ine van den Brand.
Tja, en nu?
De route door haar loopbaan brengt Van den Brand tot haar laatste station, de Meander. Uiteraard is zij zich volkomen bewust van de discussie die onder de bevolking en in de politiek te horen is. Dat de bieb in het brandpunt staat, daarvoor heeft zij alle begrip. “Zoals het nu is zijn we zelf beperkt in de vrijheid en beperken wij de vrijheid van anderen. Iedereen heeft er last van, dus vormen wij een belemmering.” Dan toch even terug op de huidige plek van de Gestelse bieb. Als Ine suggesties mag aanleveren om de situatie te verbeteren, waar moeten we dan aan denken?! “Ja, dan kun je denken aan het creëren van een gezellige verblijfsruimte met comfortabele stoelen, een gezellige hoek, waar mensen kunnen studeren. Dat mis je hier. Zo is het niet uitnodigend.”
Opvolger bekend
Met dat gegeven zal Van den Brand’s opvolger te maken krijgen. Diens naam is inmiddels ook bekend: Willem Kniknie. Een nieuweling in Gestel, wiens focus ligt op activiteiten voor volwassenen, door verbinding te leggen in Gestel en Berlicum. Dat de Meander de thuishaven van de bibliotheek moet blijven, dat staat volgens Ine van den Brand buiten kijf. Alle keren die zij vanaf nu over de drempel van ‘haar’ bibliotheek stapt, zijn dan als lezer, niet meer als bibliothecaris. “Maar dat ga ik met heel veel plezier doen. Met evenveel plezier als waarmee ik hier met Anja en alle collega’s heb mogen werken.”